- Home
- /
- Diersoorten
- /
- Ganzen
- /
- Canadese gans
Canadese gans
Latijnse benaming: Branta canadensis
Kenmerken Canadese gans
Een grote Canadese gans kan wel 110 cm lang worden en is te herkennen aan de zwarte hals en zwarte kop met witte kinband van de keel tot over de wangen. Het overige verenkleed is bruin tot bruingrijs. De soort kruist nogal eens met de brandgans en de kleine Canadese gans, waardoor er in de loop van de tijd veel tussenvormen zijn ontstaan.
De Canadese gans komt uit Noord-Amerika en Canada en is hier als parkvogel terechtgekomen. Het is dus eigenlijk een invasieve exoot; een diersoort die van nature niet in Nederland voorkomt. Ondanks dat geniet de Canadese gans, in tegenstelling tot andere exoten, wel bescherming van de Nederlandse wet.
Canadese ganzen broeden op plaatsen waar water is, zoals: vennen, veenmoerassen en waterrijk grasland. Het menu van de Canadese gans bestaat voornamelijk uit gras, granen en oogstresten.
Wist u dat?
- De Canadese gans maakt een honkend, enigzins blaffend geluid.
- De vleugels van een grote Canadese gans hebben een spanwijdte van 1.80 meter.
- Een Canadese gans broedt jaarlijks van half maart/begin april tot mei. In een periode van 9 dagen worden gemiddeld 5 à 7 eieren gelegd.
- In de zomer, van juni tot in september, verzamelen grote groepen ruiende Canadese ganzen zich op plassen, meren en rivieren. Dit wordt de ‘ruitrek’ genoemd.
Relevante documenten
Alle relevante documenten met betrekking tot de Canadese gans zijn terug te vinden in de bibliotheek.
Handige links
- website Sovon: voor meer informatie over de aantallen en verspreiding van de Canadese gans in Nederland.
- website Vogelbescherming Nederland: voor meer informatie over de leefwijze van de Canadese gans.
Veroorzaakte schade en overlast
Er wordt onderscheid gemaakt tussen trekganzen, de zogeheten winterganzen, die alleen in Nederland neerstrijken om te overwinteren, en standganzen oftewel zomerganzen, die het gehele jaar in Nederland doorbrengen en hier dus ook broeden en hun jongen grootbrengen. Het aantal Canadese ganzen in Nederland groeit sterk, dit betreft voornamelijk standvogels. Dit beeld zien we ook in Fryslân.
Canadese ganzen veroorzaken schade door vraat aan grassen en gewassen en vertrappen en bevuilen grasland en akkers. De groepen zijn het grootst in de nazomer en in de herfst, als de ganzen de akkers met gras, bieten, wintertarwe en oogstresten opzoeken. Vraatschade, vertrapping en bevuiling vormen een groot probleem voor de bedrijfsvoering van veel agrarische bedrijven.
Maatregelen bij schade en overlast
Lees hier welke maatregelen ingezet mogen worden bij schade en overlast van de Canadese gans.